Grote diversiteit en vakmanschap bij mkb-ondernemers in bouw, afbouw en infra
Mkb-ondernemers in bouw, afbouw en infra realiseren zich als geen ander dat ze meer doen dan het runnen van een bedrijf. Ze zorgen voor werkgelegenheid in de regio, houden wijken in steden en dorpen leefbaar, innoveren en investeren in de ontwikkeling van producten, diensten en kennis en ze zorgen er dag in dag uit voor dat Nederlanders en degenen die ons land bezoeken kunnen rekenen op betrouwbare service, kwaliteit en keuzemogelijkheden in aanbod bij alles wat met de woon-, werk- en leefomgeving te maken heeft.
Al een behoorlijk aantal jaren is er sprake van positieve, veelbelovende veranderingen in het landschap van de Nederlandse ondernemingen, die het belang van het mkb voor ons land onderstrepen. Waar het starten van een eigen bedrijf decennialang vooral was weggelegd voor het prototype man-in-pak, valt met een blik op het ‘nieuwe’ ondernemerschap op dat er nu juist sprake is van grote diversiteit. Vrouw en man, oud en jong, allochtoon en autochtoon: het beginnen van een eigen zaak is voor iedereen mogelijk. Menig ondernemer begint met weinig meer dan een ladder of een laptop, gezond verstand, vakkennis en een flinke portie lef. En bij overname in een familiebedrijf, is het ondernemen met de paplepel ingegeven.
Slim beleid met begrip voor de uitdagingen waarvoor het mkb staat
Dat iedere Nederlander de kans heeft om haar of zijn creativiteit, specialistische kennis en ambitie in te zetten voor een eigen bedrijf, is iets om trots op te zijn. Juist hierdoor kunnen alle mensen het beste uit zichzelf halen. Het is iets om trots op te zijn, maar we moeten ons ook realiseren dat we er met trots alleen niet zijn. Dit is zo belangrijk voor ons land dat we er alles aan moeten doen om deze mogelijkheden te behouden en liefst zelfs te versterken. En dat is niet gemakkelijk; daarvoor is slim beleid nodig dat is gebaseerd op begrip van de uitdagingen waar het mkb voor staat. De vraag die we onszelf moeten stellen is: hoe zorgen we ervoor dat drempels voor ondernemers om te kunnen doen waarin zij goed zijn, zo laag mogelijk zijn? Met andere woorden: hoe zorgen we voor een excellent ondernemersklimaat waarin juist die creatieve mkb’er zijn werk kan doen!
Help mkb in bouw, afbouw en infra de uitdagingen op te pakken
Voor het werkterrein van bouw, afbouw en infra liggen er forse uitdagingen voor Nederland. We kunnen als land de komende jaren niet zonder verbeteringen in deze sectoren. Als we de maatschappelijke uitdagingen het hoofd willen bieden, moeten hier stappen worden gezet. We hebben een gierend woningentekort dat verder dreigt op te lopen, waarvoor het kunnen blijven bouwen en het aanleggen van infrastructuur van groot belang zijn. Door klimaatverandering zijn bovendien dringend stappen nodig in onze infrastructuur, zoals in onze rioleringen en waterleidingen. En als we onze doelstellingen op het vlak van energiebesparing en CO2-uitstoot willen halen, moet met name in de verduurzaming van bestaande woningen en bedrijfspanden veel worden gedaan. Toch waren 2019 en 2020 in veel opzichten voor de bouw, afbouw en infra verloren jaren. PFAS en COVID-19, maar met name Stikstof, eis(t)en hun tol. Met name door enorme problemen op het vlak van vergunningen kwam werk stil te liggen of werd en wordt niet gestart. En door onzekerheid over de gevolgen van de epidemie, worden burgers en lagere overheden bang om te investeren in verduurzaming. AFNL en NOA hopen niet dat de bouw-, afbouw- en infrasector de grootverbruikers worden van crisispakket VIER of VIJF.
Mkb-aannemers staan klaar om (door) te bouwen; de Haagse politiek ook?!
AFNL en NOA zien oplossingen als de overheid: kwaliteit levert waar het gaat om een structurele oplossing voor de stikstofproblematiek, vergunningverlening en maatwerk voor bouwlocaties (investeren in slimme samenwerking markt en overheid); bouw- en infraopdrachten naar voren haalt en lagere overheden daarbij steunt met geoormerkt geld; anticyclisch beleid voert; met lagere overheden mee investeert in het kopen, ontwikkelen en bouwrijp maken van grond en een beter functionerende arbeidsmarkt bewerkstelligt (maak vast werk niet onmogelijk en pas de transitievergoeding en loondoorbetaling bij ziekte aan).